De Zondige Lezer

Standard

Weinig dingen moeilijker dan een boek van een bekende in avant première lezen en er een ongezouten mening over formuleren. Vooral omdat het kunstwerk in de verkeerde volgorde werd genuttigd: in twee maal.

Het was nochtans door verschillende bronnen aangeraden de literaire bundel in één teug te nuttigen, teneinde de genialiteit en samenhang te zien.
Spijt? Neu. Dat zou me te ver leiden. Het is ook maar een boek, nietwaar?

Verder: hij is goed bezig, de schrijver. Ik hoop uit heel mijn zondig hart dat hij zijn droom kan waarmaken en een uitgever vindt. En dat hij het anders zelf uitgeeft. Dat ik het in elk geval aanschaf en zal lezen volgens de regels van zijn kunst.
In één ruk. Omdat men een woordenkunstenaar niet zo maar tegenspreekt.

Sensoa Sex Talk

Standard

Om half acht werd ik gisteren bij Sensoa verwacht.
Ik had me op aangeven van Michel en Pieter ingeschreven bij ilse.vandevelde@sensoa.be.
Sensoa, Vlaams service- en expertisecenter voor seksuele gezondheid en hiv, zocht namelijk seksueel actieve hetero jongvolwassenen voor een goede babbel.

De afgelopen jaren hebben ze bij sensoa altijd een duidelijk afgelijnde doelgroepen gehad (actieve homomannen, studenten middelbaar onderwijs,…) en nu was er plaats voor een minder homogene doelgroep: de heteroseksuele twintiger.
Jongvolwassenen dus, mensen tussen 18 en 30, die actief bezig zijn met hun en andermans/vrouws lichamelijke lusten.
Om een doelgroep te bereiken, moet er natuurlijk eerst onderzoek gedaan worden naar de core van het clubje.
Wie zijn ze, wat doen ze, waarom en hoe vaak en vooral: wat kan Sensoa doen om hen een betere seksuele gezondheid aan de hand te doen?

De twee onderzoeksters, Ilse en Katrien, doen voor hun onderzoek beroep op u, een ander en mezelf.
Ze zoeken 48 (acht-en-veertig!) mensen voor een zinnig en jongvolwassen gesprek over seksualiteit.
Ilse noteerde en Katrien modereerde en wij, wij vertelden honderduit.
Wij, dat was gisteren de verzamelnaam voor drie dames en ikzelf.
Actief in de onderbuik, hormonale bommen in topconditie.
Ik kan het me ingebeeld hebben, maar er hing elektriciteit in de lucht.

Spanning ook.
Logisch: seks is nog steeds een moeilijk bespreekbaar onderwerp.
Zeker met vreemden. Zeker zo technisch als gisteren.
En toch.
De deur werd hier en daar eerst op een klein kiertje gezet, maar na een kwartier vloeide het ene spontane verhaal na het andere over tafel. De situatie onder het tafelblad was snel bekoeld en het gesprek nam na de jongvolwassen en bijna puberale giechelstart een eerder volwassen houding aan.
Het ging dan ook over serieuze zaken: sleutelmomenten in de seksuele carrière van een jongvolwasse hetero.

De eerste keer, de laatste keer, de eerste keer met iemand anders, probleempjes, harde feiten, slappe feiten, gescheurde condooms die dan met een hormonenbom hersteld worden, onzekerheden en vieze ziektes.
Dat de theorie anders is dan de praktijk.
Dat de media seksualiteit in het belachelijke trekt.
Dat jongeren echt niet zitten te wachten op another live television show.
Ik bedoel maar: ik zit niet te wachten om op een doordeweekse avond op kanaal 2 2BE weer maar eens een tieten en piemel show te zien. En met mij ook minstens drie anderen.

Wat wij dan wel willen?
Realistische info.
Steun in onze onzekerheden.
Bevestiging dat er toch niets mis is met ons, ondanks ons volgens Flair lage en saaie libido.
Ik haal de statistieken misschien niet, maar ik weet wel dat mijn madame en ik goed bezig zijn.
Dat werd, niet letterlijk, gisteren bevestigd: het is in minstens nog enkele andere gevallen ook zo.

En goed bezig?
Ja meneer.
Sekssualiteit is een deel van het leven als eten en drinken en uitgaan.
Een fijne brunch van elf tot een uur of vijf in de namiddag is enorm fijn, maar om me daar elke dag aan te wagen: nee bedankt. Liever een lekkere boterham met kaas. Of met speculaaspasta.
Hetzelfde met uitgaan: gezellig op café, ik heb er altijd wel zin in. Maar om elke week een festival te doen met enorme uitspattingen: zot!

Seksualiteit is voor mezelf een onderdeel van een relatie.
En dat gaat verder dan WhamBhamBhamAah.
Intimiteit, vertrouwen, gezelligheid, openheid en goe gelachen.
En dat dat dan soms zonder kleren (nu ja) is, is mooi meegenomen.

Maar de hamvraag van de avond, Waar en hoe kan Sensoa helpen uw seksuele gezondheid te verbeteren?, bleef redelijk onbeantwoord.
Bij mijn sleutelmomenten had ik niet echt iemand nodig die raad en desnoods daad gaf. Of geeft.
Open communicatie zeg ik u, daar draait het om.
Als je iemand wel aan je lijf kan laten zitten, maar niet kan zeggen wat je nu wel of niet fijn vindt, dan is er iets mis. En dan moet er gepraat worden. Met twee.

De doelgroep was een ander katje dat gegeseld moest worden.
Want laat ons eerlijk zijn: het is niet eenvoudig om “dé jongvolwassen seksueel actieve hetero” te bereiken.
Mijn opmerking daaromtrent was dan ook zeer terecht.
Ik ken een heel aantal mensen die tot hun achtien naar school gingen (nog makkelijk te bereiken via school) en daarna gingen werken.
Vakmannen die ook voor en na hier en daar een klusje doen.
Of die gewoon zelfstandige in bijberoep zijn en zes dagen op zeven van zes tot elf in de weer zijn. Geen tijd voor vrouwenboekskes, educatieve sites of goedbedoelde foldertjes. Hoe worden die dan bereikt?

Ik weet het niet, maar Ilse en Katrien gaan daar zeker een oplossing voor bedenken.
(pers, radio, media in het algemeen,…)
Kort door de bocht: het was een fijne avond met een goed gesprek en een cinematicket erboven op.

En ze zoeken nog volk!
Vanavond in Gent en volgende dinsdag in Antwerpen (19:30, Kipdorpvest).
Inschrijven bij ilse.vandevelde@sensoa.be als ook u een actieve heteroseksuele twintiger bent.
Het zal u en uw seksleven alleen maar ten goede komen!
Al was het maar omdat u met het filmticket naar Sex and the City, the movie kan gaan kijken…

Publicatiedrang: Van blog naar twitter naar adocu

Standard

Toen ik een jaar of vier geleden met een weblog begon, vroegen mensen uit mijn omgeving waarom ik dat deed.

Omdat ik wil vertellen en schrijven en publiceren. En om mee te doen.

En of ik het niet onnoemelijk vervelend vond dat iedereen mijn verhalen kon lezen.

Nee gast, nee. Da’s toch super. Ik noem het publicatiedrang.

En zo gingen er enkele jaren voorbij.
De doelstellingen en bedoelingen van het bloggen werden al eens bijgesteld, de frequentie van posts fluctueerde  als de technologiebeurs tijdens de milleniumwissel en het aantal mensen dat niet begreep wat een blog nu eigenlijk is, daalde zienderogen.
Ik amuseer me nog altijd in mijn persoonlijke speeltuin, mocht u daaraan ook maar een seconde twijfelen.

Plots werd wat bijna duidelijk was, de publicatiedrang, weer iets ingewikkelder.
Ik stuurde mijn hele e-mailaddresboek een mialtje met de vraag of ze mijn twittervriendje wilden worden.
Weinig reactie “in den tijd”, maar heden ten dage is het een hype.

Dezelfde mensen die me vroeger de “Wat is nu het nut van een weblog?” vraag stelden, deden dat nu weer met Twitter.
Ik vind Twitter vooral gewoon plezant.
Vinger aan de pols bij mensen die ik wel interessant vind.
Een beetje de mensen leren kennen, dieper erop ingaan, chatten maar niet moeten toevoegen in IM.
Nuttig?
Nee, niet echt.
Wel plezant, sociaal (Twunch en al!) en hipcooltrendycatchy!

Sinds twee dagen, 27 mei 2008, is er naast het microbloggen van twitter (140 tekens) nu nanobloggging bij gekomen: Adocu. Vertel de wereld in één woord wat je doet.
Ik sprong mee op de kar, samen met Twittervriendjes, voegde iedereen toe in mijn Adocu-account en dacht toen: What the heck is this?!
Wat is in godsnaam (God, Allah, Jahwe: pick any) het nut van dit ding?

Nee meneer, ik ben niet overtuigd.
Stille dood en zotte bui schieten me door het hoofd.

Puclicatiedrang, maar niet tot in den treure…

Fotoboek!

Standard

Eindelijk is het gelukt om m’n fotoboek te bestellen.
Een laatste wanhoopspoging via de foto.com editor lukte wonderwel.

Het leven kan mooi zijn op een woensdagmiddag!

the bench

Standard

Het op de bench zitten duurt me nu tch echt wel lang genoeg.
Echt.
Zit ik hier de hele dag op de laptop te rammelen, wat te surfen en naar The IT Crowd te kijken.

Schraal!

Doch een boek lezen zal de komende uren vullen…
Met een muziekje!

Verdorie

Standard

Ik wil een fotoalbum maken over India.
Het moet een beetje het relaas van de trip wergeven en tegelijkertijd een duidelijk beeld van het India dat ik heb ervaren.
Van de 3300 foto’s die ik heb genomen, heb ik een selectie gemaakt om af te drukken.
Bleven er nog 1121 over.

Deze selectie is ook bijgeknipt en ge-editted.
En doorgestuurd voor print.
Het wordt een fijn pakketje dat gaat aankomen, dat staat al vast.

Van deze slectie wou ik een fotoboek maken.
Doch technische beperkingen ripen me tot  de orde: slecteer nog maar wat knappe gast.

Nu heb ik er nog vierhonderd.
Er is geen plaats voor de laatste 147…
Wat nu?

Normandië

Standard

Uitslapen in de weekends is er tegenwoordig niet meer bij. De ene keer omdat er om negen uur al van Chiro moet gedaan worden, de andere keer omdat er een reis gemaakt moest worden. Normandië was het reisdoel, dichter bij elkaar komen was de bedoeling.
Beiden zijn gelukt, het tweede iets organischer dan het eerste.
Zo was er een beetje een probleem qua route: de weg naar Amiens is niet dezelfde als die naar Parijs. Stom van me natuurlijk. Gelukkig wist de copiloot er een deftige oplosing aan te geven. GPS? Nee dank u. Geef mij maar een wegenboek uit de jaren tachtig met een fijn vrouwtje om het ding voor te lezen. Dat ik er de stem van Kim Hollander dan niet bijkrijg, is niet zo heel erg. Dat we er dan uiteindelijk toch geraakten, ligt volledig aan de goede wegbeschrijving en dito interpretatie. Denkwerk en logische verbanden, jawel!

Na een eerste koffiepauze (de aires in Frankrijk nodigen gewoon uit om even halt te houden) gaf de auto aan dat ie oliedorst heeft. Tja, volgende parking olie gekocht, bijgekapt en gas gegeven. Welke olie? Motorolie. Ja, maar voor welk type auto. Een blauwe. En dus kregen we een bijpassend olie kleurtje… Het ding rijdt nog steeds, dus zo slecht zal het wel niet geweest zijn.
Daarna in een ruk door naar Honfleur.
Gezellig stadje, gezellig marktje en een gezellig restaurantje.

Het volledige zeebanket (oester inclusief) werd met een glas witte wijn doorgespoeld. Wanneer we na anderhalf uur weer buiten staan, schijnt de zon. Plots is het stadje nog gezelliger en zijn wij ook nog blijer gezind.
Alle foto’s (vanavond online) worden opnieuw genomen, helaas merkte ik gisteren dat de focus regelmatig verkeerd lag. Verdorie! Echt jammer en vervelend.

We zetten de autowandeling verder naar Etretat waar we om half zes toekomen. Dit klinkt laat maar! Leve het zomeruur! Wandelen over het keienstrand, klimmen naar de top van de clif, kruipen door de grot (hoe zot is da? Een grot uit de tijd van de oorlog en al…) en genieten van de zonsondergang. Wat moet er nog meer zijn?
Een spookstation wordt onze camping voor een nacht. De luchtmatras wordt hard geblazen in de auto, er worden boterhammetjes gesmuld en wanneer de zon volledig achter de horizon is verdwenen, verdwijnen ook wijn onder de wol. En die wol, die is nodig! Want Vriezepieter sluipt rond de auto (en houdt de andere spoken weg) en bijt bijna in onze neus. Een beetje regen maakt het geheel nog gezelliger en na een stevige en deugddoende nachtrust kan de zondag aangevat worden.

Zonnestralen maken na het ontbijt al snel plaats voor donkere wolken vol neerslag.
Fecamp wordt dan ook nogal nat beleefd. Ook hier zijn de restaurantjes lekker en niet te duur. De namiddagzuren bewijzen helaas dat er geen light room werd gebruikt: allebei mottig als een krab.

Cap Gris Nez en het Blanc broertje staan op het programma voor de namiddag, maar het weer slaat lichtjes om: van de regen in de sneeuwval.
Als we ter hoogte van Les Deux Caps passeren, ligt er rondom ons een laagje van 10 sneeuwse centimeters. Mooi, dat wel.
Het geeft geen veilig gevoel om in de vieze brij te rijden, maar stoppen is ook niet echt een optie: sleeën is enkel fijn als het gepland is…

Besluit van het weekend: Normandië is beestig schoon, lekker en gezellig.
Het smaakt in elk geval naar meer!

Frustatie

Standard

Niet per sé van de dag, maar eerder van een langere, moeilijk te definiëren tijdspanne.

‘s Morgens vroeg vertrekken (treinen om 06:20 zijn niet altijd het fijnste om te halen) om op een deftig uur aan het bureau te zitten.
Eens ik twee minuten uit mijn bed ben, ben ik wakker en dus klaar voor de dag. Dat ik dan een hipcooltrendyhemd en dito broek draag (om nog maar te zwijgen van mijn leren vest en dito schoenen) draagt natuurlijk wel bij tot het aankunnen der wereld.

Een streepje metro, een beetje boek, fijns muzikaals (Great Lake Swimmers zijjn echt goed ‘s morgens) en een wandeltrip door de koude, net vertrekkende nacht lucht maken dat ik vol goede moed de lift naar het zevende neem.
Klaar om aan de slag te gaan, klaar om het leven van developerend België (en ver daar buiten) een beetje lastiger te maken.

Koffie, wateren een beetje ontbijt maken dat ik volledig klaar ben;
Wie me van de troon wil stoten zal toch wel wat extra manschappen mogen laten aanrukken.

Extra manschappen. Of een instabiel systeem…

Ow ja: ben ik een kutblogger? Zeg het dan gotverdoeme in m’n gezicht, lafaards!

The Future: direction made

Standard

Het leven kan al eens rare wendingen aannemen.
Vaak zijn we er zelf bewust voor verantwoordelijk, maar meestal worden we gestuurd door een gevoel. Een gevoel van welbehagen, een gevoel dat het goede in de mens boven brengt.

En dat goede, dat mag al eens ene beetje egoïstisch zijn: goed zijn voor jezelf is heel belangrijk, zei een wijze dame me ooit.
Wij waren gisteren goed voor onszelf. En ons gevoel, dat zat ook volledig in de juiste richting.

Het begon aan de Wetstraat te Brussel. Daar waar het Warandepark een hoekje maakt.
Een Peugeot 306 stopt en ik gooi m’n rugzak op de achterbank. Ik had een heel sterk vermoeden over wie er in die auto zou zitten, dus het risico op verlies van boeken, rugzak en muziek was redelijk klein.
Het geluk was aan mijn zijde want de bestuurder was niemand minder dan de enige echte Olivier. De jongen had geluk dat ik bij hem instapte, want hij had geen flauw idee van hoe uit Brussel weg te geraken. En daar had deze jongen nu echt wel zin in: na een werkdag van 10u wou ik niet liever dan de hoofdstad verlaten. En gelukkig ken ik de weg aan die kanten een beetje.

De tunnels van de Belliardstraat leiden zoals alle wegen naar Antwerpen alwaar de derde tochtgenoot ons zou vervoegen. Glenn stapte buiten en in en daar gingen we: op zoek naar een plaatsje met rust en vrede en gezelligheid.
Een volkse dan wel bruine kroeg genaamd “den Haan” werd onze vergaderruimte.

Het was een fijn weerzien: we hebben dan ook samen al heel wat fijne momenten beleefd. Vooral in de periode dat er aan het eindwerk moest worden gewerkt was het telkens opnieuw lachen geblazen. Ook ernst deed zich voor, maar dat werd meestal snel de kop ingeduwd met een lol en een lach.

Wat me opviel was hoe weinig we alledrie zijn veranderd: niet alleen botsen de karakters nog steeds niet echt, ook het centrale idee van de avond was voor elkeen onuitgesproken hetzelfde. Heerlijk toch, babbelen met zielsgenoten?
Het was fijn om te zien hoe we met ons gedrieën uit het niets een toekomstbeeld konden toveren uit de grote hoge doch spreekwoordelijke hoed.
Het was als het ware een brainstorm op lag water.
En nee, mijlenver in de omtrek was geen spijker te zien.

Het besluit van de avond?
Dat den Haan een fijne keet is, dat de durum en de kipcorn van Plein 4 echt wel in orde zijn en dat het altijd lachen is om door het Schipperskwartier te wandelen en mensjes te kijken.
Want zo zijn we dan eh.

The clean mean machine

Standard

Een nieuwe lente, een nieuw geluid. Zo ook voor de computer en zijn schijven.
Er is een hoop werk aan en eerlijk gezegd niet het fijnste jobke dat er is.
Er moeten backups gemaakt worden van:

  • foto’s van de afgelopen drie maanden
  • muziekjes
  • films
  • foto’s van de voorbije vijf jaar

Er moeten fotoboeken gemaakt worden van

  • India
  • Schotland
  • Her en der gemaakte kiekjes

Er moeten mappen worden samengevoegd vanop vijf verschillende plaatsen, er moet een heleboel weggesmeten worden en daarna mag de disk cleaner beginnen.

Gelukkig zijn er nog mensen met een vervroegde lenteschoonmaak bezig zodat we daar wat ideetjes van kunnen pikken. Dank u wel Pietel  (en Kevin)en Clopin!
En dan moet er nog iets structureels gevonden worden naar de toekmst toe.
Damn, drie maanden maken een mens wel heel ambitieus…

Goa

Standard

Het vliegtuig was een minuutje of vijf te vroegdus dat viel enorm mee. Echt, de binnenlandse lowcost maatschappijen zijn echt goed. En dus stond ik gisteren  om 13u buiten in Goa, overrompeld door taxichauffeurs die me voor slechts vijfhonderdrupee naar Panjim zouden brengen.

Gelukkig bestaat er hier een systeem van prepaid taxi’s zodat alles min of meer officieel gebeurd. Maar dat was ook we een redeijke hap uit het budget. Dan maar wat besparen op de kamer? Ja, dag jan. Geen goedkope kamers in de hoofdstad van deze staat! En alles vol ook. Verdikke, het budget slinkt met rasse schreden. Want wie niet werkt (of zo onnozel is om gratis te gaan werken…) die krijgt geen geld e.

Snel snel alles op een hoop gegooid, sletsen aan, zonnebril op en gaan. Tourismus eerste klas, mocht je ooit lessen nodig hebben…
Waar Ford Cochin redelijk europees aandeed, is Panjim volledig Portugees. Zelfs het taaltje is een beetje van verstaanbare woorden voorzien. En ook de kerkjes in de stad ogen oer-europees. Het is een beetje een gek gevoel, zo ver van huis en toch een streepje bekendheid. Maar het wordt nog gekker!

Tegen een uur of zes duik ik een lokale bar in om een fris pintje te drinken. Aangezien alcohol in heel India een redelijk taboe is, was het de voorbije maanden niet zo simpel om ergens iets gaan drinken. En gezellig was het al helemaal niet; in elk geval niet gezellig genoeg om alleen te gaan zitten en wat te wauwelen met de locals. Maar Goa, dat is anders.

Een pintje, een boek en ik was volledig afgesloten van de wereld. Of toch niet helemaal: mijn oor vangt een bekend klankje op. Achter mij wordt er namelijk met een accent “Belgium” gezegd. Wanneer ik me omdraai, blijkt er een franstalige Brusselaar te zitten. Nice!

Zijn nederlands is niet zo goed, zijn engels ook niet en dus doe ik een poging tot franse klanken. Als zijn reisgenoot er een kwartier later ook komt bijzitten, is de avond helemaal een succes.
Vincent en Nicolas zijn twee beste vrienden ergens in de dertig. Ze zijn nu aan week drie van vijf bezig en vliegen op 28 januari terug naar Brussel.

Lachen en drinken en onnozle praat, het doet deugd om met Belgen op cafe te zitten. Wat taalprobleem? We spreken een mengelmoes van frans, engels en nederlands en we vermaken ons als kinderen in een speeltuin. Tegen negen uur gaat Vincent huiswaarts wegens te moe en denken de oveblijvers aan de innerlijke mens: die moet ook gevoed worden!

Seafood en rijst, het is een persoonlijke favoriet. Het is echt een super gezellige avond: La Belgique c’est fantastique! Nicolas belooft dat hij me op een dag Brussel gaat laten zien zoals een inwonr het ziet. Want de hoofdstad van een land, die moet iedereen kennen, zo vindt hij.
Dat hij in de Rue Aerschot woont, vind ik geen enkel probleem: lijkt een beetje op onze Falconbuurt…

Tegen elf uur nemen we afscheid, wisselen we van e-mailadres en gaan we elk onz igen weg. Dat moet toch zo zijn geweest, want vanmorgen lag ik in mijn bed.
En niet alleen: de een of andere slinkse kater had blijkbaar een kattenluikje ontdekt ergens in mijn hoofd en had zich daar genesteld.

Nu ja, dan maar met twee naar Old Goa. Samen is altijd fijner, zeker als je alleen reist. Old Goa, werelderfgoed van Unesco en al, is eigenlijk niet veel meer dan een paar oude kerken (wel super goed onderhouden en megachique) en een museum. Maar het museum is gesloten op vrijdag, dus zijn we redelijk snel uitgekeken.

Terwijl ik een beetje zit te lezen, moet mijn kater een fantastisch kattinetje gezien hebben, want wanneer ik de bus neem ben ik weer geheel alleen. Dat spaart dan weer reiskosten.
Ja, Goa. Schoon en plezant.

Morgen naar het strand voor een week en dan naar Bangalore en dan naar Pavagada en dan naar Bangalore en dan naar Belgie. Is het normaal dat ik daar eigenlijk heel erg naar uitkijk?

Toddy

Standard

angezien het vandaag een rustdag was in Fort Cochin, werd er echt wat verlof gehouden: kuieren, boeken kopen, museumpje doen, mailen, foto’s maken.
Een terraske, lezen,thuis komen, de was doen en nog wat lezen.

Komt de huisbaas langs en we maken een praatje.
Op de weg van Munnar naar Cochin had ik hier en daar een bordje zien staan met ” ?????” of “Toddy“. Geen idee wat ht was, maar het zag er een beetje louche uit.

De huisbaas verschiet van kleur, veert recht en zegt dat Toddy een echte Keralese specialiteit is. En dat ik het echt eens moet proeven, dit kokosnotenbier. Hij rijdt de auto voor en samen rijden we naar een duister kraampje in een straatje dat eerder door het leven moet gaan als steegje…

Allemaal indische mannen kijken raar naar het blanke schepsel dat hier binnenwandelt. Gelukkig is de huisbaas bevriend met de barman van dienst en krijgen we een grote fles van het spul voorgezet. De huisbaas vertelt vlotjes dat het rechtstreeks van de kokospalm in flessen wordt gedaan en dat er niets meer mee gebeurt daarna.
Dat de alcohol dus in de boom zit…

Het ziet eruit als waterige melk, het ruikt naar iets dat al een tijdje in het zonnekeopde venterbank heeft gelegen en het smaakt zoals mijn eerste slok Geuze ooit smaakte. Niet direct schitterend, maar de tweede slok is al meer van wat een mens van een drankje verwacht. Slok drie en vier vallen ook nog mee en slok vijf is zelfs goed.
Een eerder speciale afdronk, dat wel.

Ik mag de fles voor een halve euromee huiswaarts takelen en daar verder opslurpen. En of ik een plastic fles kan laten vullen voor de vrienden. Helaas, het spul blijft maximum twee dagen goed. Maar, zo verhaalt de barman, in Goa heb je echt goed spul, feni. En dat  kan je wel mee naar Belgie vliegen.

U weze gewaarschuwd, want wat wil het toeval?
Wannes vliegt morgen naar Goa!
Alwaar het volgens de huisbaas stikt van de “cheap russian girls”…