Mensen II
Mensen uit de directe omgeving waarmee je goed overweg kan, maar die elkaar eigenlijk niet zo fijn vinden.
Niet gemakkelijk.
Ook niet als dat zich dan manifesteert in: “En zegde gij nu ook eens iets”.
Sorry.
Ik bemoei me niet met zo’n zaken.
Emotionaliteit mag en kan voor mijn part overal.
Maar niet over zulke zaken.
Vraag me niet een oordeel uit te spreken over iets waar ik niets mee te maken heb (rechtstreeks dan wel onrechtstreeks) en zeker niet als je het zelf kan oplossen door je eigen gedrag aan te passen.
Als twee mensen elkaar niet zo goed liggen, bestaat er nog altijd zoiets als professionele verdraagzaamheid.
Vandaag nog gehoord: “Je oogst wat je zaait”.
Want wie heeft er baat bij om een ander af te snauwen?
Wie wordt beter door pissig te zijn en achterbaks te roddelen?
Niemand.
Zeg het dan tenminste eerlijk en oprecht.
En verklaar dat je wel je best zal doen om de conflictsituaties tot een minimum te herleiden.
Als iemand mij een hak zet, krijgt hij (m/v!) dat recht voor de raap terug.
Een gemeende, doch meestal van korte duur, “klootzak”, “teef”, “smeerlap” (allen m/v!) is hun deel.
En daarna weer rustig verder met de verdraagzaamheid: “on with the tolerance!”
En dat die klootzakken uit de omgeving zich daar ook maar eens aan houden.