Ondertussen in mijn hoofd

Standard

U weet het of u weet het niet, maar één van de komende dagen wordt er belegd in vastgoed.
Ik zou graag zeggen dat ik een huis koop, maar dat is niet zo. Een appartement is geen huis. Daarom zeggen we, hip – trendy – schweinhund als we zijn: “wij? wij beleggen in vastgoed.”.

Omdat dat en goede zet is volgens mensen die daarvoor gestudeerd hebben.
Omdat wij dan niet moeten verhuizen.
Omdat het kan.
Omdat ik al dat huren meer dan beu ben.

Maar zo’n belegging brengt ook de nodige kopzorgen met zich mee.
Waar vinden we al dat geld?
Waarop moet er bespaard worden?
Wat zijn de volgende stappen om te ondernemen?

Maar wat er zich nu al twee dagen manifest in mijn brein ontspint, is eigenlijkniet serieus meer.
Het houdt me bijna wakker. Het zorgt er voor dat ik lichtjes geïrriteerd durf raken. Bij het minste wel te verstaan.

Hier gaan we:

  1. Wanneer een woning wordt verkocht mét huurder, dan dient het huurcontract gerespecteerd te worden.
  2. Dit betekent dat er geen uitzetting van’t huizeken kan gebeuren tenzij er, drie maanden na het verlijden/verleiden van de akte, een opzeg werd gedaan door de nieuwe eigenaar.
  3. Vanaf het moment dat de akte verleden is, moet er huur worden betaald aan de nieuwe eigenaar, door de bestaande huurder.

Ziet ge’m komen?

  1. De huurder, dat zijn wij (feit)
  2. de nieuwe eigenaar, dat ben ik (feit)
  3. moet de huurder dan een half jaar (min of meer) huur betalen aan de nieuwe eigenaar om niet in het straatje van de illegaliteit te komen?

Ik vraag het mij af.
Zo ‘s ochtends. En ‘s avonds. En ‘s nachts.